I. De Immigrant
In het voorjaar van 1753 neemt de 27-jarige vrijgezel Mathijs Coninx afscheid van familie en vrienden en trekt naar het noorden. Hij passeert de grens met de Republiek en reist door naar het dorp Tilburg, om dat nooit meer te verlaten.
Mathijs weet dan niet dat hij nog maar 10 jaar te leven heeft. Toch slaagt hij er (gelukkig) in te trouwen en voor nageslacht te zorgen: begin 1759 wordt zijn zoon Hendrikus Mathijs geboren. In 1764 overlijdt Mathijs onverwacht en laat een jonge weduwe en een zoon van bijna 6 jaar achter. Een aarzelend en kwetsbaar begin.
Met wat pech was er geen Tilburgse tak van de familie Konings uit Genk geweest en had ik dit niet kunnen schrijven; een vreemd idee.